Vijf tips voor het effectief bevissen van kanalen – Kris Pauwels

Eén van de meest gedreven vissers van België is toch wel de sympathieke Kris Pauwels. Ieder jaar klokt hij flink wat uren op de kanalen rondom zijn woonplaats en in dit artikel vertelt Kris wat over zijn liefde voor kanalen én deelt hij enkele nuttige tips. Veel leesplezier!


Van het Kempisch tot het Albertkanaal

Kris aan het woord: Al meer dan een decennialang bevis ik voor mij de mooiste, maar tevens zeker niet de makkelijkste kanalen. Het Kempisch kanaal is wereldberoemd en vroeger veel bevist geweest door de huidige grondleggers van onze moderne karpervisserij. De kanalen met de betonnen wanden zoals het Albertkanaal en V-kanaal zijn niet iedereens favorieten kanalen, maar laat nu net één van deze twee diegene zijn waar ik mijn hart aan verloren heb.

Hier heeft Kris zijn hart aan verloren!

Dit kanaal bracht me soms euforie, maar ook meerdere malen aan de afgrond. Het is een haat-liefde verhouding dat ik ermee heb. Ik heb het de laatste jaren van gemiddeld moeilijk naar een zeer moeilijke visserij weten gaan. Elk jaar is er anders en de karpers proberen ons elk jaar weer om de tuin te leiden. Toch zal ik proberen aan de hand van vijf tips om jullie een beetje op weg te zetten in deze kanaalvisserij.

Groot of klein, op het kanaal mag iedere vis er zijn!

Tip 1: Rust

Ik wil met rust twee kanten op gaan. Ten eerste de stek die je kiest ten opzichte van andere vissers bepaal je zelf. Zet jezelf niet in een positie dat je met zijn allen naast elkaar gaat zitten. Laat de ruimte, geef jezelf en de vis de rust. Ga liever een paar honderd meter verder zitten. Je gaat zien dat de karpers deze rustige zone ook komen opzoeken!

Er zwemmen echt hele brute vissen op het Kempisch Kanaal!

Ten tweede creëer rust op je stek, je gaat tenslotte toch om een karper te kunnen vangen. Dikwijls zie ik bij karpervissers het op en af rijden van auto’s op de stek. Er zijn zelfs kanaalstukken bij waar het wat hard dicht slaan van een autodeur genoeg is om je 24 uur zonder vis te zetten. Ook het praten vlak bij de dijkzijde is iets wat ik zoveel mogelijk probeer te vermijden. Zelfs het uitpakken in de donkere uren is iets waar je rekening mee moet houden!

Misschien wel het bekendste stuk. Hier is een autodeur dichtslaan funest voor de visserij!

Tip 2: Stekkeuze

In het voorjaar ben ik niet stekgebonden en vis ik meerdere stekken af op de verschillende kanalen. Vang ik ergens een karper, dan blijf ik er wel is een paar sessies hangen. Daar ik veel tijd in mijn visserij steek, gemiddeld tot drie nachten per week, probeer ik altijd een stek op te bouwen in een zone waar het relatief rustig is. Dit doe ik meestal vanaf dat de vissen de paaigronden bezocht hebben. Ze blijven dan meestal wat langer hangen op het aangeboden aas, op voorwaarde dat het niet te druk wordt in deze zone.

“Zo was het een aantal jaar geleden, alle karpers bij elkaar in de paai. Nu is het zoeken naar een naald in een hooiberg om een aanwijzing te krijgen van onze gevinde vrienden!”

Wil je instant aan de slag, dan is er maar één regel: observeer, wandel en fiets tot je een aanwijzing vindt. Zoek ze ook niet altijd te ver, soms zwemmen ze gewoon onder je voeten! Op de betonnen kanalen zie je wel eens springende of aan de oppervlakte draaiende vis. Geen zekerheid op vangsten, maar je weet dat je in de buurt zit van karper. Ook al lijken de betonnen kanalen monotoon, er is altijd wel iets te vinden waardoor een karper getriggerd wordt om er te azen. Denk hierbij aan havens, loskades, brugpeilers of zelfs het kleinste wierbedje houdt voor onze gevinde vrienden in dat er natuurlijk voedsel te vinden is.

Loskades zijn potentiële hotspots, maar niet gemakkelijk te bevissen vanwege de scheepvaart!

Tip 3: Aas & presentatie

Al vanaf het begin van mijn kanaalvisserij gebruik ik boilies als aas. Naar een pittige bollie gaat mijn voorkeur uit, laat nou net deze in het gamma van Eddy zitten met de Red Angel. Alleen al om een deel van het mega aanwezige brasem bestand te weren! Het is voor de karper een toevoeging aan hun natuurlijke voedsel. Ze zijn ermee opgegroeid dat ze overal op deze kanalen wel boilies tegenkomen. Al heb ik de laatste jaren wel een tendens zien komen dat er een periode is waarin ze de boilies meer links laten liggen.

Kris maakt graag gebruik van een pittige bol!

Net na de paai lijken de karpers weinig interesse te tonen in onze balletjes. Ze doen zich dan tegoed aan al het natuurlijk aas dat ze vinden. Van mosselen en schelpjes tot zelfs vlokreeftjes. Daarom gebruik ik in deze periode ook tijgernoten. Deze worden naar mijn inzien toch meer geassocieerd met natuurlijk voedsel. Met name gemalen tijgernoten durft wel eens de slimste vissen in het net te trekken. Het lijkt net of deze tijgernoten al eens verteerd geweest zijn door andere karpers, waardoor de drempel lager is om in de fout te gaan.

Net na de paai worden doen de vissen zich te goed aan natuurlijk voedsel. Tijd om ook tijgers in te zetten!

Daar pas ik mijn presentatie ook op aan. Een decennia geleden wist ik alle vissen te verleiden met een snowman presentatie, het ene jaar een fluoro geel, het andere jaar een fluoro oranje pop-up. Tot ik voelde dat de beten afnamen. Mijn snowman presentatie werd aangepast. Er werden nog wel pop-ups gebruikt, maar dan wel in de natuurlijke kleur of in de kleur van de gevoerde boillies. Nu, jaren later, gebruik ik zelden pop-ups meer op deze kanalen. De boillies worden uitgeboord en met een stukje kurk uitgebalanceerd. Als er tijgernoten aan te pas komen, een uitgeboorde tijgernoot met kurk als pop-up op een boilie of tijgernoot.

Een brute schub van boven de 20 kilo, compleet leeg van de paai. Wat zou die wel niet gewogen hebben voor de paai!

Tip 4: Rig + laatste meter

Ik ben een ‘recht toe recht aan’ visser. Ik hou echt niet van experimenteren met allemaal verschillende rigs. Je ziet het bos door de bomen niet meer welke verschillende rigs er tegenwoordig te vinden zijn. Mijn laatste meter bestaat uit een sterke voorslag in de orde van een 45/100 fluorocarbon waarvan ik drie stoklengtes op de spoel leg. Hierop zet ik op de laatste twee meter twee flying backleads om de fluorocarbon mooi op de bodem de contouren te laten volgen. Naar een plat Pro Line lood van minstens 130 gram gaat mijn voorkeur uit. Vis ik in eigen kant is 130 gram genoeg, in de vaargeul neem ik 170 gram of zwaarder, afhankelijk van de aanwezige scheepvaart.

Dit is toch wel hoe je ze wil vangen!

De rig is eigenlijk heel simpel: een standaard rig van minstens 20 centimeter is mijn geheime wapen. Waarom die lengte? Naar mijn inzien azen de karpers op deze kanalen op een hoogte boven de bodem. Ik denk dat deze karpers in de stroming zelden op hun buik gaan azen en het aas op hoogte binnen zuigen. Simpel, maar zeker effectief!

De rigs die Kris graag inzet.

Tip 5: Doorzetting

Wie met het gevoel naar deze kanalen komt om telkens elke sessie een karper in het net te trekken, gaat bedrogen uitkomen. Kijk niet neer op een blank meer of minder. Laat de twijfel niet in je hoofd spoken. Soms zit je dagen of zelfs weken te wachten op die aanbeet. Een andere keer lijkt het weer allemaal heel gemakkelijk en komen er meerdere vissen op de kant. Doorzetting is de sleutel om op deze kanalen te kunnen oogsten!

Op het Kempisch Kanaal zitten vele verrassingen, waaronder deze bak van een schub!

Als laatste, geniet van je visserij. Het moment van de vangst van deze kanaalkarpers zal je nog moeilijk vergeten. Het belangrijkste: respect voor je medevissers. We komen allemaal voor het plezier en om te proberen één van deze prachtige karpers te vangen.

Uiteraard moet er ook genoten worden van de visserij!

Succes dit jaar op de kanalen!

Kris Pauwels


Voor meer moois van Kris Pauwels volg je hem op Facebook en Instagram. Sinds jaar en dag gebruikt Kris het aas van Eddy Sterckx, voor meer info check je deze website.

Bekijk ook