Drie do’s en dont’s in de paaiperiode – Gerjan Vree Egberts
Met de paaiperiode in het vooruitzicht of in sommige gevallen zelfs al in volle gang, is het belangrijk om bepaalde zaken goed in je achterhoofd te houden. In deze update somt Gerjan Vree Egberts voor jullie drie do’s en dont’s op om rekening mee te houden!
De paaiperiode is in zicht!
Gerjan aan het woord: De temperatuur knalt inmiddels flink de hoogte in en dit betekent dat de watertemperatuur op de meeste wateren boven de 18 graden komt. Dit wil voor de karper maar één ding zeggen en dat is VOLGAS paaien. Lekker ongegeneerd een potje vrijen terwijl er zelfs soms pottenkijkers mee staan te ‘genieten’. In dit artikel neem ik jullie graag mee naar drie dingen die ik echt zou doen en drie dingen die ik absoluut niet snel zou doen en zelfs zou afraden.
Do #1: Zoek de trekroutes naar de paaigronden op
Het is heel belangrijk om voor en tijdens de paaiperiode veel te observeren. Zo kan je de vis gaan lokaliseren, wanneer je weet waar de vis heen trekt kan je ze ook vaak onderscheppen. Je kan de vis op verschillende manieren gaan lokaliseren zoals: het vliegen met een drone, veel rondes lopen met je polaroid bril en veel kijken over het water gedurende je sessie.
Je zal gaan zien dat wanneer de kleinere vis gaat paaien, de grote vis de paaigronden wel langzaam gaat opzoeken maar zelf nog niet meedoen. Dit is dus HET moment om toe te slaan als je de grotere vissen van het bestand wil gaan vangen. Je zult ook merken dat wanneer de grotere vis in de paai schiet je vaak direct meer aanbeten krijgt, maar dat je over het algemeen kleinere vis gaat vangen.
Wanneer ik het gevoel heb dat ik een trekroute heb gevonden ga ik altijd over na stekkeuze. Op dit moment ga ik eerst de diepte in kaart brengen en dan ga ik kijken wat er allemaal aanwezig is op de stek. De eerste dingen die ik ga uitzoeken zijn: plantengroei, steil talud, stroming, obstakels en meer!
Het afgelopen jaar heb ik veel vissen tussen de lelies weg weten te plukken. Al snel kwam ik erachter dat de vissen echt door de lelies trokken richting de paaigronden. Op deze manier kon ik makkelijk drie hengels positioneren met een slap lijntje en dit leverde mij soms wel zeven vissen in één nacht op én dat in de paaiperiode!
Do #2: Single hookbaits in de paaiperiode
Gedurende de paai zal ik zelf nooit stevig gaan voeren. Dit omdat de vis amper eet en ik van mening ben dat ze niet in een echte ‘vreetmodus’ zitten. Pas een paar dagen na de paai zul je zien dat de karper weer echt in de vreetmodus schiet omdat ze soms flink wat gewicht verliezen. Om deze reden kies ik er vaak voor om single haakaasjes te gebruiken, zoals pop-ups, wafters of een single bol.
Naar mijn idee hoeft een karper maar heel licht aan te zetten en dan zit deze wafter al in de bek van de vis. Het afgelopen jaar heb ik veel moeilijk vangbare vissen op deze wijze weten te vangen. Ik zou dus ook zeker de wafters niet vergeten wanneer je op pad gaat rondom de paaiperiode.
Zelden gebruik ik een chod-rig, ik maak dan meestal gebruik van een hinged stiff. Deze vis ik dan vaak net wat dichterbij de paaigronden, sommige vissen zullen namelijk meezwemmen met de vis die gaat paaien maar zelf nog niet in de volledige ‘paaimodus’ gaan.
Do #3: Maak gebruik van partikels
Maak niet alleen maar gebruik van bollen maar geef ook zeker partikels is een kans. Mijn mix bestaat ook altijd uit een zoete bol en vaak een vismeel bol en deze combineer ik dan weer met partikels. In de zomer maak ik vooral gebruik van tijgernoten, maar rondom de paai gaat mijn voorkeur toch uit naar hennep en boekweit.
Met een paar scheppen hennep en/ of boekweit kan je de interesse van de karper al snel trekken. Je zal ook zien dat de karper vaak langer blijft hangen omdat het allemaal kleine voedseldeeltjes zijn. Doordat er veel opnames aanwezig zijn op de stek, zul je ook zien dat de karper soms helemaal losgaat onderwater.
Tevens zal het gebruik van partikels de kosten ook een beetje drukken wanneer je veel voert. Zelf ben ik een groot verbruiker van bollen dus maak ik vaak de keuze om partikels aan de mix toe te voegen.
Dont #1: Ga niet vissen tussen de paaiende vissen
Ga de vis niet verstoren! Als ze rondom de ondieptes liggen te paren, ga er dan niet tussen vissen. Laat de paaiende vissen lekker met rust en laat ze hun ding doen.
Je wil natuurlijk zelf ook niet gestoord worden in de slaapkamer…
Ga op dit moment richting de trekroute en probeer daar een vis te haken die duidelijk nog niet bezig is met de paai. Je wil natuurlijk zelf ook niet gestoord worden in de slaapkamer… 😉
Wanneer je tussen de paaiende vis gaat vissen zul je ook geen vis gaan vangen en gooi je vistijd weg. Gooi je boot erop en kijk of je nog interessante dingen kan vinden. Ik raad dan ook aan om ,wanneer de vis volledig in de paai is, je tijd te gaan steken in het ontdekken van je stek. Wanneer er veel wier staat, ga dan schone plekjes maken hier heb je later alleen maar profijt van. De vis is nu toch alleen maar bezig met de paai en zal hierdoor ook minder schrikken van jouw aanwezigheid.
Tevens is een succesvolle paai erg belangrijk. Wanneer deze succesvol is, zal het gaan zorgen voor nageslacht en kunnen wij nog lang genieten van de onze hobby. Wanneer de paai niet volledig lukt zie je soms dat vissen door blijven zwemmen en dat het kuit gaat verstenen. Vaak halen deze vissen dan het najaar helaas niet.
Dont #2: Zak je gevangen vissen niet (in de paaiperiode)
Wat ik veel zie gebeuren op social media is dat mensen de vis onnodig zakken voor een foto in het licht. Ik raad dit ook echt ten strengste af!
Dit moet je echt niet willen.
De bovenste waterlaag bevat immers altijd het minste zuurstof en dit kan ik het uiterste geval ervoor zorgen dat een karper overlijdt in jouw sling. Helaas hoor je het steeds meer dat dit gebeurt en dit moet je echt niet willen.
Daarom zou ik zeker investeren in een goede flitser of drie externe lampjes. Zo kan je een goede foto maken in het donker en is het zakken van een vis niet nodig. Je kan de vis natuurlijk wel even weghangen om je camera spullen te pakken en alles klaar te zetten, maar ik zou dit nooit langer doen dan een kwartier.
Dont #3: Pin jezelf niet vast op één stek maar… ‘Keep Searching’!
Zoals eerder benoemd in het artikel vind ik het belangrijk om de trekroutes naar de paaigronden op te gaan zoeken. Immers is het een veelgemaakte fout om je vast te gaan pinnen op één en dezelfde stek. Vaak zie je na twee sessies de vangsten al teruglopen.
Daarom raad ik het aan om mobiel te blijven en te gaan zoeken naar de vis. Schuif steeds een stukje op. Ga zoeken naar de vis en blijf niet hangen op dezelfde plek, zo azen de vissen niet alleen op jouw stek maar kunnen ze ook 100 meter of soms zelfs kilometers verder gaan azen omdat ze de zone waarin jij momenteel veel vist aanschouwen als ‘gevaarlijk’.
Zelf voer ik altijd meerdere stekken aan over een aantal kilometers en ga ik hoppen tussen de stekken. Ik richt me dus niet volledig op één stek, maar probeer altijd minimaal drie stekken te bevissen. Het liefst drie stekken op het ene water en dan nog één stek op een compleet andere plas.
Veel succes met je visserij tijdens de paaiperiode en ik hoop dat jullie iets hebben gehad aan deze do en dont’s.
Gerjan Vree Egberts
Volg Gerjan zeker op Instagram om op de hoogte te blijven van zijn vangstrijke visavonturen!